Het was rond 15u. Alrikje was futloos en prikkelbaar. Ik nam hem op mijn schoot en hij nestelde zich in slaap. Ik zwijmelde ook wat weg, tot hij plots met een grote beweging wakker werd. In een andere wereld. Hij zag hier en daar een grote voet, of meerdere voeten en andere vormen die er niet waren. Het zweet brak hem uit en zijn hart bonkte snel en hard tegen mijn hand. Hij klom op de rugleuning van de zetel en stond recht tegen de muur alsof hij daar absoluut moest zijn. Hij was paniekerig en zag dan ook nog een hand en een oor tegen de muur, zijn oor. Hij riep luid en sprak duidelijk, maar met een gebrekkelijke grammatica die hem niet eigen is. Hij wou van het bed op grond springen op zijn blote voetjes. Zijn ogen stonden wild en zijn pupilen waren groot. Zijn blik was indringend. Ik probeerde mee te volgen in wat hij zag. Ik pakte hem op en sprak hem rustig aan. Hij knelde zich rond mij en wilde dan weer weg. Ik drukte op het rode knopje en er kwam een verpleger. Ik zei door het raam van de deur dat Alrik halucineerde en de verpleger riep er snel een dokter bij. Toen die er was, was hij al kalmer, maar nog steeds niet zichzelf. Zo bevreemdend. Ik bleef hem dicht bij mij houden. Hij kwam er stilletjes door, maar was heel erg moe. Het snelle onderzoek van de dokter leverde niets verontrustend op. Toen kwam net de muziekjuf vragen of haar aanwezigheid wenselijk was. Alrik zei van wel. Hij zei: "Ik wil liggen-muziek". Hij legde zijn hoofd op mijn borst en werd helemaal zwaar. Hij vocht tegen de slaap en opende zijn ogen telkens er een liedje gedaan was: "Ik slaap niet". Die muziek kwam prima gelegen.
En nog iets dat een mama uitput: slecht smakende geneesmiddelen in siroopvorm. Twee keer per dag. Met uitleg, geduld, lichte en sterke dwang en terug geduld en uitleg. In het mondje omdat het moet. Omdat de bloedfabriek moet plaatsmaken. Alrik roept luid, knelt zijn lippen op elkaar en houdt zijn twee handjes voor zijn mond. Als het toch eenmaal binnen is, in een moment van bereidwilligheid moet hij haast overgeven. Daarna snel een hap van wat lekkers. En dan lijkt hij het alweer vergeten. Sneller dan ikzelf.
Dat slecht smakend siroopje is uitgerekend een anti-epilepticum, omdat de chemo die hij tot gisteren kreeg epilepsie-aanvallen kan uitlokken. De wakkere nachtmerrie die hij vandaag gehad heeft (en trouwens ook gisteren in het bijzijn van nonkel Wouter) zou, hoewel atypisch, in de hoek van de epilepsie-aanvallen kunnen geduwd worden. Het is alvast de werkhypothese. De ziekenhuisapothekers onderzoeken de kwestie nader. Misschien moet dat vreselijke siroopje dus nog een paar dagen langer mee.
En het ergste moet nog komen. Morgen begint een tweede chemo-medicament. Eentje dat misselijk maakt. Terwijl hij nu al zo weinig eet...
oooh Anja, wat moet het vreselijk zijn om dit met je kind te zien gebeuren... wat maken jullie toch allemaal mee. En wat maakt die kleine Alrik toch mee. Ik zie zijn oogjes op deze foto, zoveel onschuld en zoveel om te koesteren en lief te hebben, en dan wordt hij in het midden van al deze vreselijke dingen gegooid... Wat een nachtmerrie voor hem, en voor jullie... Heel heel veel moed...
BeantwoordenVerwijderenPoor little guy. It's a difficult enough without imaginary terrors as well. Hugs to you all.
BeantwoordenVerwijderenDie dikke lange mama-knuffel moet vast en zeker erg helend geweest zijn voor Alrik! Mama-vitamientjes heb je nooit genoeg ! ! !
BeantwoordenVerwijderenHadelijn
Ik hoorde daarnet Bart Peeters zingen:
BeantwoordenVerwijderen'Voor duizelingwekkend groot verdriet
Bestaat geen medicijn
Want we weten maar beseffen niet
Hoe onvoorstelbaar kwetsbaar wij wel zijn'
Moest aan jullie denken. Je kind zien afzien en het niet kunnen behoeden tegen alle ellende...dat kerft in je ziel.
Dikke kus aan dappere Alrik.
Oh. Bart Peeters raakt mij diep. Duizelingwekkend.
Verwijderen